Over ons

De Schrijfmachine is een samenwerking tussen onderzoekers van vier universiteiten

Renske Bouwer

Universitair Docent
Taal & Educatie
Faculteit Talen,
Literatuur en Communicatie,
Universiteit Utrecht

 

‘Ik ben een diepzeeduiker, ik wil eerst alles over een onderwerp weten. Schrijven doe ik al net zo zorgvuldig: ik wik en weeg elk woord, tot de tekst preciés de inhoud dekt.’

Janneke van der Loo

Vakdidacticus Nederlands,
Universitaire Lerarenopleiding

Tilburg & Docent
Communicatie- en Informatiewetenschappen,
Tilburg University

 

‘Ik schrijf als een diesel: ik kom traag op gang, maar ben daarna niet te stuiten.’

Luuk Van Waes

Hoogleraar Professionele Communicatie
Departement Management –

Universiteit Antwerpen

 

‘Ik ben vooral een trage schrijver die zijn teksten langzaam laat groeien.
De meeste (moeilijkere) teksten plan ik tijdens het fietsen of wandelen. Andere teksten krijgen vooral al schrijvend vorm. Feedback van collega’s is altijd
goud waard.’

Agnes Willemen

Opleidingsdirecteur
Master Pedagogische Wetenschappen, Afdeling Pedagogische en Onderwijswetenschappen,

Vrije Universiteit Amsterdam

 

‘Als schrijver lijk ik op
een patissier, ik zoek net
zo lang tot ik de lekkerste ingrediënten heb gevonden, dan mix en kneed ik deze goed door elkaar, en daarna besteed ik veel tijd aan de versiering, waar ik vaak maar moeilijk mee
kan stoppen.’

Marleen de Moor

Universitair Docent,
Faculteit der Gedrags- en Bewegingswetenschappen,

Vrije Universiteit Amsterdam

 

‘Schrijven is voor mij als puzzelen: ik sorteer eerst de stukjes (informatie verzamelen en ordenen), leg vervolgens de randen (globale opzet maken), en begin daarna met het leggen van de stukjes (schrijven), net zo lang tot de puzzel af is! Soms ligt er een stukje verkeerd, dan puzzel ik waar het stukje beter past (reviseren).’

Anne Tharner

Universitair Docent,
Faculteit der Gedrags- en Bewegingswetenschappen,

Vrije Universiteit Amsterdam


‘Mijn schrijf-mantra is “There’s no need to write unreadable scientific articles”. Maar ik kan iets pas helder opschrijven als ik het zelf goed begrijp. Daarom moet ik vaak hele zinnen schrappen en weer terug naar het begin: wat wil ik eigenlijk zeggen?’